In de interne competitie werden een viertal partijen gespeeld, alle vier door de witspeler gewonnen.
Jim was al vlug klaar tegen Piet.
Bertus maakte, duidelijk hoorbaar, tegen Jan een foutje. Dat moet je niet doen, want dat wordt direct afgestraft,
Ton speelde vanouds degelijk tegen Gerrit S., die steeds minder ruimte kreeg. Toen Gerrit eigenlijk geen redelijke zet meer had en zijn zwakke loper niet was opgewassen tegen een ijzersterk paard op f6, zette Ton de aanval dóór met een paar pionnen die de loper aanvielen. Die had geen veld om zich nog op terug te trekken, waardoor Gerrit niet anders kon dan opgeven.
Dick speelde tegen/met Teun via een internetverbinding. Teun stond eerst gedrongen. maar wist uiteindelijk na wat plaagstootjes over en weer de enige open lijn te veroveren. Té snel spelend werd hem echter fataal. Dick had de inval voorzien en spande een listig valletje, waar Teun intuinde. Dick offerde tijdelijk een hele toren op en later zijn ijzersterk staande paard om een ondekbare matdreiging te krijgen. Daarbij ontstond geforceerd een zodanige stelling dat de bijna kale zwarte koning over het halve bord werd achtervolgd, de toren viel en 4 zwarte pionnen allemaal met schaak van het bord verdwenen. Dick had ook nog een vijfde pion en het, aan de rand van het bord staande, paard kunnen veroveren, maar hij hield liever het initiatief om zwart geen kans te geven. Toen het zwarte paard een schaakje blokkeerde, dacht wit het te kunnen winnen door een pionaanval, maar hij had een geniepig zetje van zwart overzien. De geforceerde dameruil kostte wit een pion, maar 6 pionnen waren sterker dan 2 pionnen plus paard. Één pion werd geofferd om de andere te laten promoveren. Na 63 zetten vond Teun het wel welletjes.
voor de actuele stand zie klik hier