Het eerste team speelde dit seizoen in de eerste klasse van de achttallencompetitie.
Het team werd na 7 ronden ongeslagen KAMPIOEN !!
Eindstand
Pl. | Team | Part. | MP | BP |
1 | Holten 1 | 6 | 10 | 29,0 |
2 | H.Z.P. 1 | 6 | 8 | 27,0 |
4 | Almelo 2 | 6 | 8 | 24,5 |
3 | SG Max Euwe 6 | 6 | 5 | 23,5 |
5 | Vrimot 1 | 6 | 5 | 23,0 |
6 | Raalte 1 | 6 | 4 | 21,5 |
7 | E.N.O. 2 | 6 | 2 | 19,5 |
Ronde 7: Gelijkspel tegen Almelo ruim voldoende voor kampioenschap
Het Holtense schaakteam is kampioen geworden van de eerste klasse in de Schaakbond Overijssel (SBO). In de laatste ronde werd gelijkgespeeld tegen de directe concurrent Almelo 2. De grootste spanning was in de vorige ronde al verloren gegaan door de nederlaag van Almelo tegen degradatiekandidaat ENO 2 uit Nijverdal. Hierdoor kon Holten zelfs met een kleine nederlaag nog kampioen worden. De wedstrijd begon iets later dan gepland doordat één van de auto’s naar een verkeerd adres was gereden. Henk van Beek kondigde al snel aan dat hij remise zou gaan spelen. Een blunder van zijn kant leverde echter een nul op. Gerrit Luggenhorst had zijn tegenstander al snel klem staan doordat deze twee pionnen weg gaf. Het leverde weinig problemen op om de stand weer gelijk te trekken. Holten kwam weer op achterstand omdat ook Bas van Beek verloor. Op het eerste bord had Martijn Hage veel meer problemen met een oude taaie tegenstander dan hij vooraf had ingeschat. Hij ging de stelling forceren waardoor hij zelfs verloren kwam te staan. Martijn mocht nog blij zijn dat hij met remise weg kwam. De routine hadden wij juist aan het laatste bord zitten. Daar schoof Dick van der Knaap net zo vaak met zijn toren en dame om de koning van de tegenstander heen totdat hij mat kon geven. Hiermee was het kampioenschap in ieder geval veilig gesteld. Dinant van Beek kwam in een pionneneindspel. Dit is niet het sterkste type stellingen voor Dinant. Hij moest te veel tijd investeren om de juiste voortzetting te vinden en verloor. Teun Scheurwater had een pion minder maar stond toch veel beter. Teun mist nog wel eens het killersinstinct om dit soort stellingen in winst om te zetten. Ook nu liet hij de tegenstander met remise van het bord vertrekken. Ton van Oijen was als laatste bezig. Met nog maar twee minuten op de klok is hij in zijn element. Gelukkig krijg je na elke zet tien seconden extra bedenktijd waardoor hij toch voldoende tijd had om zijn partij te winnen. Met een 4-4 eindstand is het team ongeslagen kampioen geworden.
Almelo 2 | – | Holten 1 | ||||
1 | L. Diepenhorst | 1569 | – | M. Hage | 1979 | ½-½ |
2 | E. Bos | 1667 | – | T. van Oijen | 1834 | 0-1 |
3 | R. Crompvoets | 1542 | – | G. Luggenhorst | 1783 | 0-1 |
4 | K. de Jong | 1754 | – | D. van Beek | 1749 | 1-0 |
5 | E. Gorter | 1764 | – | H. van Beek | 1604 | 1-0 |
6 | R. Veldhuis | 1779 | – | T. Scheurwater | 1706 | ½-½ |
7 | T. van Manen | 1712 | – | B. van Beek jr | 1638 | 1-0 |
8 | G. Zeeman | 1748 | – | D. van der Knaap | 1706 | 0-1 |
4-4 |
Ronde 6: Holten nog steeds op kampioenskoers
Tegen Raalte had Holten weinig problemen. Er werd een duidelijk 5,5 – 2,5 overwinning behaald. Het kampioenschap wordt in de laatste ronde beslist tegen Almelo. Wij hebben (zeer waarschijnlijk) aan een gelijkspel genoeg om op bordpunten kampioen te worden.
Holten 1 | – | Raalte 1 | ||||
1 | M. Hage | 1979 | – | E. Blom | 1864 | 1-0 |
2 | G. Luggenhorst | 1783 | – | J. Huisman | 1796 | 1-0 |
3 | J. Scheperman | 1814 | – | K. Bril | 1639 | 1-0 |
4 | B. van Beek jr | 1638 | – | S. Mocking | 1735 | 1-0 |
5 | T. Scheurwater | 1706 | – | H. Bril | 1577 | ½-½ |
6 | H. van Beek | 1604 | – | J. van Velsen | 1582 | ½-½ |
7 | D. van der Knaap | 1706 | – | P. Meijboom | 1649 | ½-½ |
8 | G. Stevens | 1661 | – | M. van Daalen | 1545 | 0-1 |
5½-2½ |
Ronde 5: Eenvoudige winst tegen HZP 1
Vooraf was de verwachting dat het eerste team het wel eens zwaar zou kunnen krijgen tegen HZP. De tegenstander kwam echter met een aantal invallers naar Holten waardoor Holten uiteindelijk eenvoudig kon winnen. Opvallend is dat Holten met wit alle vier partijen won en met zwart alle vier partijen remise speelde.
Holten 1 | – | H.Z.P. 1 | ||||
1 | M. Hage | 1979 | – | H.J. Simon | 1968 | ½-½ |
2 | G. Luggenhorst | 1783 | – | W. Veerman | 1577 | 1-0 |
3 | T. Scheurwater | 1706 | – | H.M. Gaasbeek | 1539 | ½-½ |
4 | B. van Beek jr | 1638 | – | K. Winters | 1675 | 1-0 |
5 | D. van Beek | 1749 | – | H.J. Bezemer | 1696 | ½-½ |
6 | G. Stevens | 1661 | – | M. Dunnewind | 1679 | 1-0 |
7 | H. van Beek | 1604 | – | R. Brouwer | 1591 | ½-½ |
8 | D. van der Knaap | 1706 | – | J. Dijkstra | 1608 | 1-0 |
6-2 |
Ronde 4: Ongelukkig gelijkspel tegen SG Dr Max Euwe
In de vierde ronde werd gelijk gespeeld tegen SG Dr Max Euwe. Teun Scheurwater kwam al vlot remise overeen. Gerrit Luggenhorst offerde een toren, maar ging met het paard naar het verkeerde veld. Er volgde een tegenoffer van een kwaliteit waardoor Gerrit een stuk achter bleef. Er zat geen potentie meer in de stelling. Bas van Beek zette zijn tegenstander helemaal vast en wist zijn partij te winnen. Ook zijn vader wist een punt binnen te halen. Dick van der Knaap ging in het eindspel na een schaakje met zijn koning naar het verkeerde veld en ging mat in één. Dinant van Beek had wel een kwaliteit meer, maar de tegenstander had een flinke aanval en leek Dinant mat te gaan zetten. Dinant ging met de koning steeds naar het juiste veld. Met een tempo extra was mat misschien wel mogelijk, maar die had de tegenstander niet. Dinant had hem dan waarschijnlijk eerst mat gezet. Martijn had in het eindspel een goede aanval op de koningstelling waar de tegenstander geen antwoord op had. Gerrit Stevens moest het beslissende halfje binnen halen. Hij moest een oprukkende vrijpion tegen houden, oppassen voor mat achter de paaltje en dat in tijdnood. Hij nam een groot deel van zijn resterende tijd om een mataanval uit te denken. Toen hij de beslissende combinnatie inzette, vergat hij de klok in te drukken. Na een kleine 20 seconden ging hij door de vlag. Ondanks het gelijke spel blijft Holten koploper doordat ook Almelo gelijk speelde (tegen Vrimot)
SG Dr Max Euwe 6 | – | Holten 1 | ||||
1 | C. Daday | 1760 | – | G. Luggenhorst | 1783 | 1-0 |
2 | A. Meek | 1837 | – | D. van Beek | 1749 | ½-½ |
3 | N. Wiedenhoft | 1699 | – | M. Hage | 1979 | 0-1 |
4 | D. Voorintholt | 1707 | – | B. van Beek jr | 1638 | 0-1 |
5 | T. de Haan | 1539 | – | T. Scheurwater | 1706 | ½-½ |
6 | O. van Teijens | 1557 | – | H. van Beek | 1604 | 0-1 |
7 | C. Doevelaar | – – | – | G. Stevens | 1661 | 1-0 |
8 | J. v.d. Belt | 1471 | – | D. van der Knaap | 1706 | 1-0 |
4-4 |
Ronde 3: Holten vrij
In ronde 3 hoefde Holten 1 niet te spelen.
Ronde 2: Holten wint moeizaam in tweede ronde
Tegen ENO 2 werd een moeizame overwinning behaald. Er konden een aantal meevallers, maar ook tegenvallers genoteerd worden. Bas van Beek was wel heel snel klaar, helaas met een ongewenst resultaat. Gerrit Luggenhorst leek de stand gelijk te trekken, hij had drie machtige vrijpionnen, maar de tegenstander wist eeuwig schaak te geven. De tegenstander had een paard op e2 kunnen winnen, durfde dit terecht niet aan. De pionnen waren dan doorgelopen. Gerrit had dit paard kunnen offeren op g1, maar dat had twee tempo’s gescheeld en leverde te veel risico op. Gerrit nam toch de remise maar aan. Henk van Beek wist de stand wel gelijk te trekken. De koning van Dick werd het bord over gejaagd. Hij wist te vluchten tussen de vijandelijke pionnen door waardoor de schaakjes op waren. Wat de tegenstander niet besefte was dat de koning ondertussen het eigen paard dekte. Nu was het de beurt aan Dick om de vijandelijke koning op te jagen. Deze werd wel in een matcombinatie gedwongen. ENO kwam weer terug doordat Dinant een stuk verloor. Hoewel hij nog wel een tijd doorspeelde was dit onbegonnen werk. Met nog 3 partijen stond het 2,5 – 2,5. Teun had een kwaliteit geofferd en het was maar de vraag of hij de stelling kon houden. Ton en Martijn moesten dus (waarschijnlijk) winnen. Tot onze verrassing wist Teun toch remise te houden. Dat was maar goed ook, want Martijn wist zijn stelling uiteindelijk niet te winnen. Ton speelde als een boa constrictor met Rein Lingeman. Langzaam maar zeker drukte hij de stukken van Rein steeds verder vast. Hoewel hij in tijdnood zat, kon hij wel gaan oogsten. Rein wist dat langer tegenspartelen weinig zin had. De winst was toch nog binnen.
E.N.O. 2 | – | Holten 1 | ||||
1 | A. Trejic | 1524 | – | G. Luggenhorst | 1843 | ½-½ |
2 | R. Lingeman | 1607 | – | T. van Oijen | 1852 | 0-1 |
3 | A.O. Merkon | 1716 | – | M. Hage | 1962 | ½-½ |
4 | M. Lamers | 1675 | – | D. van Beek | 1797 | 1-0 |
5 | D. Klink | 1736 | – | T. Scheurwater | 1678 | ½-½ |
6 | W. Brinkhuis | 1514 | – | B. van Beek jr | 1640 | 1-0 |
7 | B. Faber | 1526 | – | H. van Beek | 1604 | 0-1 |
8 | N. Voortman | 1268 | – | D. van der Knaap | 1652 | 0-1 |
3½-4½ |
Ronde 1: Holten neemt voorsprong in vooruitgespeelde partijen
Op verzoek van de tegenstander werden 3 partijen vooruit gespeeld in de eerste ronde. Holten had eigenlijk een 3-0 voorsprong moeten nemen, maar Henk van Beek gaf een toren weg in een gewonnen stelling. De rest van het team maakte een week later de klus af.
Holten 1 | – | Vrimot 1 | ||||
1 | G. Luggenhorst | 1819 | – | H.R. Burer | 1881 | 0-1 |
2 | M. Hage | 1976 | – | A.H. Doeve (Roy) | 1741 | 1-0 |
3 | D. van Beek | 1779 | – | P.B. Burer | 1787 | ½-½ |
4 | T. Scheurwater | 1681 | – | E.R. Burer | 1812 | ½-½ |
5 | B. van Beek jr | 1640 | – | A.H. Doeve (Boy) | 1437 | 1-0 |
6 | G. Stevens | 1655 | – | J. van Vliet | 1544 | 1-0 |
7 | D. van der Knaap | 1660 | – | G. Kleinjan | 1460 | 1-0 |
8 | H. van Beek | 1643 | – | H. Kleinjan | 1568 | 0-1 |
5-3 |